|
GOTMOOR LYRICS
"Uit Den Donkeren Grond Gerezen" (1998 Demo)
1. -- Intro(ll) 2. Onder Den Eglantier 3. Brugse Metten (Vlaamsch verdriet deel II) 4. Maleficia 5. De Lorelei 6. De Witte Dame 7. De Zwarte Dood 8. -- Outro(ll) "Intro(ll) reprise"
1. -- Intro(ll)
2. Onder Den Eglantier
Bloed stroomde onder zin ranke stam
En heeft 's mans gezicht verkild
Heur schoone leden nu verstild
Nadat zi droevig bi him kwam
Schuchtige takken in de wind
Kom bi mi, gi vrouw'lik kind
Ik ben wat gi altijd woudt
Schreew niet meer
Hi had zin wensch vervuld
Die twaalf schepsels
Het licht ontnomen
De duisternis geschonken
Schichtige takken in de wind
'T is aan mi, nu zeer bemind
Vrome vrouwen zijdt gij
'T is aan mi
3. Brugse Metten (Vlaamsch verdriet deel II)
Op dienen beruchten dag braken zi het ridderwoord
'T is daarom dat zi allen zijn belust op wraak en moord
Het onderdrukte vlaanderen gooit af zin juk
Ten einde strijd wi zullen dansen van geluk
Ten velde zin zi reeds vergaard
Hun leven is verbeurd verklaard
Verzonken in hun slaap van 't kwaad
Onze vrijheid gaat in het bloed gebaad
Met Breydel onzen groten held
Mengen wi ons in het strijdgeweld
Leliaerts worden niet meer gediend
Zo laat hun zeggen "schild en vriend"
Wat waals is vals slaat al dood
Onze bijlen zin bebloedend rood
En onder het luiden van de grote klok
Bevrijden wi onszelve van boze wrok
"Festa de¯ per francos" dat is voorbij
Gedaan met vlaamsche vle¯erij
Bloedzuigers van het franse hof
Zullen vergaan tot as en stof
4. Maleficia
T'is mi al eens nor wor gi goat
Als gi ons huize mor ni verloat
Om te goan nor van wie men zegt
Dat mensch dat tegen alles vecht
Op een doods verlaten pad
Leeft zi alleen met haren kat
Op haren kop nen zwarten hoed
Een meute belust op wraak en bloed
Diep verscholen in het woud
Is het woar zi zich bezig houdt
Lavendelkruid en rozemarijn
De speurtocht zal al bezig zijn
En wat te doen als men haar vindt
Zi zal branden in de wind
Zi is de bron van alle kwaad
Het gepeupel is vervuld van haat
Den duvel is haar metgezel
Boze gedaantes van de hel
Hoort de priesters met dehoge staf
Hun dreigend hondengeblaf
"Brengt dat mensch naar onzen troon
zi zal krijgen heur verdiende loon
zo zal schrijen van de pijn
haar assen zullen de onzen zijn"
5. De Lorelei
Verlaten door haar metgezel
Worp zi zichzelf naar beneen
Haren geest leeft boven een rots
De legende van de lorelei
Boven op de klippen des doods
Zingt zi bekoorlijk haar eigen lied
Zi lokt de schippers in de mist
Haar blonde haren in de wind
Het kraken van het brekend hout
Moords gesluimer in de nacht
En bij het ontwaken van de dag
Is er enkel nog het wrak
6. De Witte Dame
Getooid in bladergroen en mos
Verrijst hoog boven 't duistere bos
Vantussen mist en ochtenddauw
Kille muren grijs en grauw
Nen burcht overschaduwd door haat
Verwoest door fransen hand
Ru¯nes bezeten van 't kwaad
Zi maakten heur van kant
Toen zi haren bloed vergoten
Werd hun geluk verbroken
Oh de mooie Midone
Zo is de legende begonne
Nu reeds vijfhonderd jaren later
Spookt de dame zoals men beweerd
Hoort haar ijselijk geschater
Als zi de dorpelingen ambeteerd
Bij 't licht van den bleken maan
Is zi weer uit 't graf opgestaan
En bij nacht en ontij
Sterveling, gewaarschuwd zijt gij
7. De Zwarte Dood
We wachten tot wij sterven gaan
Het leven is voor ons gedaan
We leven in afzondering
We worden elkanders vreemdeling
Afgezonderd in een grot
Zonder liefde of genot
Onder een helse beproeving van ons geluk
Torsen wij dit zware juk
Verafschuw eigen vlees en bloed
In ons is het dat de pest reed broedt
Geef ons wat drinken of wat brood
Ons wacht alleen de zwarte dood
Houdt kort de tijd die ons nog rest
Voor ons is de levensdorst gelest
8. -- Outro(ll) "Intro(ll) reprise"
|
|